“Het voedsel dat we eten moet schoon en voedzaam zijn, zoals vandaag. We moeten speciale aandacht aan ieders gezondheid besteden. Overal waar er centra zijn moeten mensen proberen goede groenten te verbouwen en te bereiden en halva te maken en deze aan anderen uit te delen! Het eten moet voedzaam zijn zodat je kracht om te werken zal toenemen en je geest ook sterk zal zijn. Het is noodzakelijk je lichaam in goede gezondheid te houden om goed karma te kunnen doen. Als je lichaam niet sterk is, hoe wil je dan werken? We moeten voedzaam voedsel eten, zodat onze lichamen energiek worden en onze hersenen beter werken.
Ik wil een schepping met sterke, gezonde mensen. Er is geen plaats voor zwakke mensen. Ik wil mensen in deze schepping die zo snel als de wind zijn in hun handelen. Ik wil mensen die met al hun lichaamsenergie werken. De wereld heeft in deze tijd zulke dappere, sterke mensen nodig.
Als je zwak bent hoe kun je dan werken, hoe kun je leven? Je moet energie scheppen om te bestaan. Iedereen moet steeds hard werken. Je moet hier geen luiheid koesteren.Het heeft geen zin een dode last voor de aarde te zijn. De oorlogen die de afgelopen eeuwen zijn uitgevochten, waren er alleen om te wereld te verlichten van de dode last van ledigheid. Jullie moeten harde werkers zijn.
Als je goede daden doet en doorgaat goed te handelen, zul je goed slapen, een goede eetlust hebben, en zullen slechte gedachten niet in je opkomen. Anders zal je altijd aanmerkingen op anderen aan het maken zijn. In ledigheid zal je geest altijd bezig zijn om kritisch over anderen te denken. Karma, handelen, is het enige wat alle kwaad kan verdrijven.”
Leringen van Babaji, 17 november 1983